zondag 3 november 2013

Reminiscences of a Stock Operator

Tijdens mijn zomervakantie in augustus heb ik voor de vijfde of zesde maal, ik ben de tel kwijtgeraakt, het boek van Edwin Lefèvre over het leven van Jesse Livermore gelezen. Dit is een geweldig boek dat je meeneemt in de geest van de deze aandelenspeculant die meerdere fortuinen won en verloor op de beurs in de vroege jaren 1900 tot en met circa 1940. Het boek zit vol met anekdotes, tips en geschiedenislessen. Ook is het rijk aan humoristische aforismen en gezond verstand over aandelenspeculatie, het handelen in grondstoffen. Livermore zat bijvoorbeeld short tijdens de crash van 1929, en maakte tijdens zijn operaties het equivalent in hedendaagse termen van enkele miljarden dollars. De grootste les uit het boek is onmiskenbaar het gegeven dat er in 100 jaar nauwelijks iets veranderd is als het gaat om het ontwikkelen van een handelsstrategie, toepassen van money management regels en de mentaliteit en de competitieve geest van de markt. In mijn ogen is en blijft het een must read voor iedereen die geïnteresseerd is in de markten. Hieronder heb ik meerdere quotes van Jesse Livermore opgetekend die voor mij erg belangrijk zijn geweest.

‘Disregarding the big swing and trying to jump in and out was fatal to me. Nobody can catch all the fluctuations. In a bull market your game is to buy and hold until you believe that the bull market is near its end.... One of the most helpful things that anybody can learn is to give up trying to catch the last eighth -- or the first. These two are the most expensive eighths in the world’

 ‘Losing money is the least of my troubles. I forget it overnight. But being wrong – not taking the loss – that is what does the damage to the pocket book and to the soul’.

‘What beat me was not having brains enough to stick to my own game – that is, to play the market only when I was satisfied that precedents favoured my play. There is the plain fool, who does the wrong thing at all times everywhere, but there is also the Wall Street fool, who thinks he must trade all the time’.

‘Remember that stocks are never too high for you to begin buying or too low to begin selling’.

 ‘The market does not beat them. They beat themselves, because though they have brains they cannot sit tight. Old Turkey was dead right in doing and saying what he did. He had not only the courage of his convictions but also the intelligence and patience to sit tight’.

Marcel Tak neemt Hollandse Hedgefondsen de maat

Niet zo heel lang geleden kopte het FD: ‘Particuliere belegger blijft zich na de crises stoten aan dezelfde steen. Zij zijn slechte beleggers, blijkt uit talrijke onderzoeken. Te emotioneel, te veel transacties, te veel risico, instappen op het hoogtepunt en uitstappen op het dieptepunt. De particuliere belegger maakt zo ongeveer elke fout in het beleggingsboekje. Gevolg: zijn rendement blijft achter – soms ver achter – bij dat van de markt.’  Na het lezen van het artikelen dacht ik: waarom alleen de particulier, volgens mij doen professionele beleggers het niet veel beter. Is het niet zo dat 90% of meer van de professionele beleggingsfondsen de markt niet weten te verslaan. En hoe kan het zijn dat professionele analisten, ofwel mensen die betaald worden om ergens rationeel over na te denken, zich te verdiepen in de materie het als een groep toch slechter doen dan de markt?

Met belangstelling lees ik de laatste tijd de productrecensies van Marcel Tak over verschillende Nederlandse hedge funds. Hierin neemt Tak de verantwoordelijke fondsmanagers de maat op het gebied van de aangeboden informatie, de kosten en de geleverde prestaties.  In oktober waren dat  Frog Fund, HiQ Market Neutral Fund en Fundamental Value, Antaurus Europe Fund, Fonds Bloemendaal en de 4 hedge funds van Inmaxxa die samen het paraplufonds Alpha High Performance vormen.

Deze fondsen zijn opgenomen in De Hollandse Hedge Fund Index die thans uit 27 fondsen zijn opgenomen.  De prestatie van de Hollandse Hedge Fund Index (HHFI) is sinds haar introductie 2009 niet om over naar huis te schrijven. Een magere samengestelde-0,15% over bijna vijf jaar, waarvan de laatste 2 jaar en 9 maanden zelfs -13,18%.  Voor 2013 laat de index een rendement zien van -2,73%, zie ook tabel.  YTD staan er 16 fondsen in de plus met een gemiddeld+5,58% . Wetende dat er per saldo door de 27 fondsen een min van -2,73% is neergezet, betekent dat de resterende 11 fondsen een aanzienlijk negatief rendement hebben gerealiseerd. Gebruik deze link www.iexprofs.nl/productselector/resultaat.aspx?type=2  voor een totaaloverzicht van de individuele fondsprestaties.



Uit de vijf recensies van Tak blijkt dat de fondsen in geen enkel geval de afgegeven rendementdoelstelling halen. Hij  geeft hiervoor ook duidelijk oorzaak aan. De vaste beheerkosten zijn in een aantal gevallen zonder meer zeer hoog te noemen zijn. Zo bedroeg de kosten van Alpha Global Index Trader, inclusief transacties, naar schatting 11% in 2012. Andere fondsen brengen jaarlijks  standaard 2% tot 3% in rekening ter dekking van salarissen, administratie en vergunningkosten. Maar daar blijft het niet bij, daarnaast rekenen deze fondsen ook een performance fee van minimaal 20% en die zelfs kan oplopen tot 30% van de waardegroei.

Naast Marcel Tak heb ik twee van de vijf gerecenseerde fondsmanagers in het verleden zelf geïnterviewd. In februari 2012 uitte ik bij één van hen, Frans Schreiber van het  All Markets Fund, mijn zorgen over de stand van zaken binnen de Nederlandse hedgefonds industrie. 

Ik legde Frans het volgde voor:  het afgelopen jaar heb ik mij verdiept in de Nederlandse hedgefonds industrie. Het lijkt me dat de sector niet uitblinkt in professionaliteit. Hoewel de meeste beheerders hoog opgeleid zijn, constateer ik dat veel fondsen een kwijnend bestaan lijden door het geringe belegd vermogen en dat er zo nu en dan forse verliezen van 20% of meer worden geleden, waardoor men zich mag afvragen of er überhaupt sprake is van het afdekken van risico’s. En deze fondsen maken ook nog eens onderdeel uit van de Nederlandse HFI. De meeste fondsen zijn opgericht vanuit de gedachte ‘we hebben een goed product, dan komt het geld vanzelf wel’. Maar dat laatste blijkt in de praktijk vaak erg tegen te vallen.
Frans: Ik ben wel heel positief over de Nederlandse hedgefonds industrie. Er is een tweetal duidelijk aanwijsbare redenen waarom deze industrie in Nederland nog gering in omvang is. De gemiddelde bestaansduur van veel fondsen is kort en het belegde vermogen te laag. Institutionele beleggers zoals pensioenfondsen mogen pas beleggen in een fonds als het gedurende langere tijd een goed trackrecord heeft en een bepaalde vermogensomvang heeft. Jammer is dat IMQubator, een project van een groot Nederlands pensioenfonds, van de €250 mln die zij beschikbaar heeft gekregen ter bevordering van de Nederlandse beleggingsindustrie, het vooral zoekt in grote (€25 mln) fondsen. Veel kleinere fondsen zouden gebaat zijn met een feeders capital van zeg €5 mln. Maar ik ben optimistisch, ik zie veel talent en weet dat beleggers managed futures (absoluut rendementfondsen) nodig hebben om een beter rendement-risicoverhouding van hun portefeuille te verkrijgen. De beste presterende beleggers in de wereld, zoals de Endowments van de Amerikaanse universiteiten, hebben maar liefst 25% van hun kapitaal in absoluut ‘return’-fondsen zitten.

De fondsen zijn te klein en moeten groter worden om vermogen toegewezen te krijgen, maar krijgen geen  vermogen toegewezen omdat ze te klein zijn. Dit heeft een nogal hoog ‘kip-en-het-ei-gehalte’.
Frans: Inderdaad.

dinsdag 13 augustus 2013

Harry Geels versus Mischa Peters

Recent ben ik door Harry Geels (Inmaxxa) geïnterviewd voor de website BeursEffecten.

Hoeveel jaar zit je nu in het vak en wat was je beweegreden om de beleggingen in te gaan?
Na afronding van mijn HEAO opleiding ben ik in 1996 als trainee bij een grote Nederlandse bankinstelling gaan werken. Dit gaf mij de mogelijkheid om op verschillende afdelingen ervaring op te doen. In 1997 werkte ik ten tijde van de gouden aandelenjaren anderhalf jaar op de beleggingsafdeling. De hectiek, dynamiek, de verantwoordelijkheid, ik vond het geweldig. Maar ik realiseerde mij al snel dat ik zelf aan de knoppen wilde zitten en geen doorgeefluik wou zijn van modelportefeuilles van het hoofdkantoor.  In 1998 ben ik voor kleine zelfstandige vermogensbeheerder Triple Assets gaan werken. Dit was één van de eerste Nederlandse partijen waarvan het beleggingsproces volledig was gebaseerd op kwantitatieve en technisch analytische methoden. In 2001 heb ik de Amerikaanse opleiding tot gecertificeerd Technisch Analist (CMT) afgerond.

Toen werkte ik inmiddels op de dealingroom van een middelgrote private bank. Al die tijd was ik vaste auteur van het Technische & Kwantitatieve Analyse Magazine en heb ik meer dan veertig beleggingsexperts, analisten, fondsbeheerders en traders geïnterviewd. De beste 25 interviews werden in 2006 gebundeld in het Nederlandse boek 'Market Wizards’. Sinds 2008 ambieer ik geen loon dienstverband meer bij een financiële instelling. Ik beleg alleen nog maar voor eigen rekening op basis van methoden en strategieën die ik in de loop der tijd zelf heb ontwikkeld. In 2011 ben ik gestart met mijn website www.beurstrendsonline.nl, webblog en publicatie van een maandelijkse nieuwsbrief. Dit als reactie op de onzin en onkunde die ik via de verschillende Nederlandse media over beleggen specifiek en over de financiële markten in het algemeen lees en te zien krijg. Via de website, weblog en nieuwsbrieven krijgen abonneehouders toegang tot een viertal robuuste trendstrategieën die hen in staat moet stellen om op succesvolle wijze een vermogen te laten groeien.

Vind je soms dat de media de Nederlandse belegger verkeerd informeren?
Over het algemeen wel ja. Misschien dat maar 5% het lezen of volgen waard is, de rest is eigenlijk slechts ruis dat beleggers op het verkeerde been zet of foutief informeert. Eén en ander wordt natuurlijk versterkt door het feit dat men klakkeloos berichten van elkaar kopieert en plakt. Ik kan mij nog steeds mateloos ergeren aan berichtgeving waarbij beleggen en trading wordt vergeleken met gokken. Aan de andere kant ligt een groot deel van het probleem ook bij de Nederlandse belegger zelf.  Menselijke wezens denken vrijwel nooit voor zichzelf; dat vinden ze ongemakkelijk. Ze zoeken daarom altijd de opvattingen en meningen van anderen, of zoeken een bevestiging van hun eigen visie of positie. Verder neemt hij of zij beslissingen op basis van emoties zoals hebzucht en angst. Combineer deze twee zaken en het mag geen verassing zijn dat we niet uit deze vicieuze cirkel weten te komen.
 


Welk profijt heb je uit de gesprekken met andere beleggers, analisten en fondsmanagers kunnen halen?
Dat veel in de praktijk niet werkt, maar juist ook weer wel. Zoek niet naar de 'heilige graal', want die bestaat niet. Laat ik eerst zeggen wat niet werkt, de ´buy-en-hold-strategie´. Dit is een dekmantel voor de incompetentie van fondsbeheerders en alle andere partijen die er gebruik van maken. Wat ook niet werkt is de klassieke diversificatie op basis van beleggingscategorieën. Concepten die wel werken zijn, het volgen van prijstrends, momentum, diversificatie op basis van belegging- handelsstrategieën, kopen en verkopen op basis van respectievelijk ‘new highs’ en ‘new lows’. En in alle gevallen dien je loyaal te zijn aan je vermogen door het te beschermen zodat wordt voorkomen dat er veel te grote verliezen optreden en een vermogen jaren nodig heeft om hiervan te herstellen.

Ervaring is een minimumvoorwaarde om succesvol te worden. Naarmate men het klappen van de zweep van de financiële markt heeft leren kennen, maakt men zich het vak eigen. Succesvol traden en beleggen is een kwestie van vaardigheid en discipline. Iedereen met een normale intelligentie kan het vak leren. Echter, in dit vakgebied is het veel eenvoudiger om te leren wat je moet doen dan om het daadwerkelijk te doen. De winnende strategieën hebben namelijk de neiging om tegen de normale menselijke emoties in te gaan.

Hoe zien je toekomstplannen eruit?
Binnen een kort tijdsbestek hebben de financiële- en commodity markten hun waarde creërende kant als ook hun enorme destructieve laten zien. Ik denk dan ook dat de afgelopen 17 jaar een uitstekende leerschool zijn geweest voor alle beleggers en traders en voldoende aanknopingspunten bieden voor het ontwikkelen van nog meer robuuste belegging- en handelsstrategieën.

Mijn vak wil ik uiteindelijk gaan toepassen en uitbreiden binnen een beleggingsfonds dat ik zelf of samen met een partner wil gaan oprichten. Een deel van het fondsrendement zal jaarlijks ten gunste komen van onderwijs aan scholieren over de gehele wereld.

Welke informatie wil je graag nog aan je bezoekers meegeven?
Succesvol beleggen en traden heeft niets te maken met het doen van voorspellingen, maar alles met het vermogen je aan te passen. Niet de slimste of de sterkste overleven maar hij of zij die in staat zijn zich aan te passen aan de veranderende omgeving.  Als je niet beschikt over een basisstrategie die deze trendveranderingen tijdig signaleert, is de kans dat je succes zult hebben erg klein.

Maar beschik je wel over een werkende basisfilosofie dan is het gegeven dat de dingen altijd veranderen juist in je voordeel. Luister niet naar te jonge adviseurs, maar juist naar de oude rotten in het vak. Begin klein en registreer je fouten zodat je er iets van leert. Maak gebruik van de trend en leer omgaan met het feit dat je strategie ook wel eens niet werkt. De kennis uit de volgende boeken zal je zeker helpen om beter te worden:

- Reminiscences of a stock operator Jesse Livermore, Edwin Lefèvre
- Market Wizards, interviews with top traders, Jack Schwager
- New Market Wizards, Jack Schwager
- Stock Market Wizards, Jack Schwager
- One good Trade, Mike Bellafiore
- If It Doesn't Go Up, Don't Buy It, Al Thomas
- Misleid door Toeval, Nassim Nicolas Taleb
- De zwarte Zwaan, Nassim Nicolas Taleb
- Antifragiel, Dingen die baat hebben bij Wanorde, Nassim Nicolas Taleb

woensdag 7 augustus 2013

‘Veilige haven’ staatsobligaties is niet meer

De onderlinge relaties tussen verschillende financiële markten zijn van ongekend belang. De prijsontwikkelingen van obligaties, aandelen en grondstoffen zijn duidelijk met elkaar verbonden, en lijken door een voorspelbare opeenvolging van toppen en dalen te gaan die afhankelijk is van de fase waarin deze cyclus zich bevindt. Indien er sprake is van een normale 4 jarige cyclus van economische groei naar stagnatie, dan is het startpunt van een nieuwe groeiperiode veelal het eerst in de obligatiemarkten te herkennen. Obligaties lopen dus vooruit, aandelen volgen als tweede en als laatste zetten de grondstofmarkten hun draai naar boven in.

Althans als er sprake is van een ‘normale cyclus’. In tijden dat de markten door een vertrouwenscrisis gaan en overheden massaal geld gaan creëren door onbeperkt staatsobligaties op te kopen of simpelweg de geldprinter aanzetten,  dan wijst de praktijk uit dat er voor specifieke beleggingscategorieën extreem lange perioden van over- en onderwaardering kunnen optreden. Ofwel, de prijzen bewegen veel langer in een bepaalde richting dan normaal gesproken het geval zou zijn. Gedurende de kredietcrisis in 2011 en 2008 en het leeglopen van de internetbubbel tussen 2000 en 2003, vluchtte er een grote geldstroom uit aandelen naar kortlopende obligaties en veilige staatobligaties van landen als Duitsland, Nederland en de VS. Kijk bijvoorbeeld eens naar de onderstaande grafiek met daarin opgenomen de Amerikaanse, Duitse en Nederlandse 10-jaars rente over een periode van 17 jaar.
 














De langetermijntrend van de rente is duidelijk zichtbaar dalend. Helaas beschik ik niet over meer koersdata anders had ik u nog een langere neerwaartse trend kunnen voorschotelen. Zoomen we verder in over een periode van vier jaar dan zien we in alle drie de gevallen dat de rente weer aan het stijgen is. Met name de Amerikaanse rente heeft recentelijk een flinke koersspurt omhoog gemaakt met als gevolg dat het lange termijn gemiddelde van 60 weken (de rode lijn) eveneens in opwaartse richting is gaan bewegen.















De ‘veilige haven’ van staatsobligaties van deze drie landen is niet meer. Dit ondanks berichtgevingen van Amerikaanse en Europese centrale bankpresidenten dat de opkoopprogramma´s instact blijven. Heeft u enige blootstelling naar deze beleggingscategorie, dan is het raadzaam om deze posities af te bouwen. Belangrijker nog is dat de stijgende rente een signaal richting de andere beleggingscategorieën zoals aandelen en de goederenmarkten afgeeft. De markt verwacht namelijk dat we met een hogere inflatie te maken krijgen. Dit is veelal het smeermiddel voor economische groei, mits deze geldontwaarding natuurlijk binnen normale proporties blijft. En welke beleggingscategorie profiteert het meest van dit scenario?

A. Aandelen.
B. Commidties
C. Kunst
D. Old Timers


Heeft u antwoord A  aangekruist, dan heeft u het juiste antwoord gegeven!

Over tulpenbollen en beleggingsbubbels

In principe geldt voor iedere markt, of het nu aandelen gaat of elke andere markt, dat de prijzen niet alleen door vraag en aanbod worden bepaald, maar deze ook tot stand komen door de percepties van handelaren en beleggers.  Massapsychologie blijkt iedere keer weer zeer dominante factor achter prijsbewegingen. Op ieder gewenst moment weerspiegelen prijzen dan ook het niveau waarop een verkoper afstand wil doen van zijn bezit en de prijs die een koper daarvoor bereid is te betalen. Maar wee o wee, als deze factoren uit balans raken.

Eén van de bekendste voorbeelden van massapsychologie kunnen we terugvinden in onze eigen vaderlandse geschiedenis tijdens de tulpenbollenmanie. In 1600 werd er in Holland massaal gespeculeerd in tulpenbollen waardoor de prijzen naar ongekende hoogte werden gestuwd. Op de top van de markt was men bereid om, omgerekend naar het huidige prijsniveau, zo’n fl. 10.000 te betalen voor één enkele tulpenbol. Huizen, grond en persoonlijke bezittingen werden verkocht om in de massaspeculatie deel te nemen. Toen de prijs op een gegeven moment het niveau had bereikt waarop er geen kopers waren te vinden viel de bodem onder de markt weg. Niet lang daarna werden de dezelfde bollen voor vijf cent van de hand gedaan. Voor de duidelijkheid, een schilderij van de hand van Rembrandt bracht in die tijd  zo’n fl. 1.200 op.

Nog een voorbeeld van massapsychologie, maar dan veel later, vond tijdens de laatste eeuwwisseling plaats. De aanhangers van ‘de nieuwe economie’ voorspelden beleggers ongekende winsten. Professionele en particuliere beleggers maakten zichzelf wijs dat de oude wetten voor deze fondsen niet meer van toepassing waren, en op basis hiervan stegen de koersen van deze aandelen naar ongekende hoogte. De implosie van de koersen van deze bedrijven hebben beleggers inmiddels weer met beide benen op de grond gezet. Prijzen bewegen als gevolg van de acties van de marktdeelnemers, zonder dat er rekening wordt gehouden met de klaarblijkelijke feiten. Tijdens de tulpenmanie waren alle speculanten voorzien totdat er op een gegeven moment geen tegenpartij meer was te vinden. Het ontbreken van nieuwe marktdeelnemers zorgde ervoor dat prijzen niet meer verder stegen.

Beleggen in Goud
In de loop der eeuwen is er eigenlijk niet veel veranderd. De psychologische factoren hebzucht en angst bepalen nog steeds voor het overgrote deel het menselijk handelen op de inmiddels internationaal geworden financiële arena. Goud is hier een exemplarisch voorbeeld van. De prijs van het edelmetaal is sinds 2004 met 373% gestegen naar een top in 2011 op $1895. Echter, het blinkende metaal  is in principe waardeloos omdat het niets opbrengt als je het in bezit hebt: goud geeft geen rente, geen dividend en geen huuropbrengsten.

Kijken we thans naar de goudgrafiek dan ziet het er naar uit dat de eerdere hebzucht heeft plaatsgemaakt voor regelrechte angst.  De koers is sinds de hoogste koers in 2011 al weer met -34,9% gedaald. En vooral de laatste weken gaat het erg snel bergafwaarts. Het is te hopen dat de ballon niet helemaal leegloopt zoals bij alle eerdere goudrally’s gedurende de afgelopen 200 jaar het geval is geweest.









Skin in the Game

Wat is het verschil tussen een boeddhist en een stoïcijn? Antwoord: ‘een stoïcijn is een boeddhist met ballen, eentje die f*** you roept tegen het lot’. Deze zinsnede heb ik niet zelf bedacht, maar komt rechtstreeks uit ‘Antifragiliteit’, het nieuwste boek van Nassim Nicholas Taleb.  Wat is Antifragiliteit? Het antifragiele is meer dan robuust zijn, antifragiel zijn betekent zelfs dat je baat heb bij stressoren, variatie en schommelingen. Natuurlijke en complexe systemen zoals de mens en de economie zullen wegkwijnen of uiteenvallen als de variatie, stressoren of schommelingen worden weggenomen. De stelling van Taleb  is dat we de economie, onze gezondheid, het onderwijs etc breekbaarder hebben gemaakt doordat we de toevallige variatie en volatiliteit proberen te onderdrukken.  Net zoals een maand in bed liggen tot spieratrofie leidt, worden complexe systemen zwakker als de stressoren worden weggenomen. Het is de tragiek van de moderne tijd: net als neurotische, over beschermende ouders, brengen degenen die zeggen te helpen en goed te doen ons juist de meeste schade toe.

De grootste fragilisator in de samenleving en de grootste veroorzaker van de crisis is in de ogen van Taleb: de afwezigheid van ‘skin in the game’, ofwel persoonlijk financieel risico lopen bij het werk. Nog nooit hebben zoveel niet risiconemers, dat wil zeggen mensen die zichzelf niet persoonlijk aan risico blootstellen, zo veel controle uitgeoefend. We zijn getuige van de opkomst van een nieuwe klasse omgekeerde helden: bureaucraten, bankiers en academici met te veel macht en te weinig verantwoordelijkheidsgevoel. Zij misbruiken het systeem terwijl de burgers telkens weer de prijs betalen. Het idee dat er iets op het spel moet staan is van fundamenteel belang voor het goed functioneren van een ingewikkelde wereld. In een ondoorzichtig systeem hebben mensen een motief om risico’s te verbergen en alleen de positieve, maar niet de negatieve effecten te vermelden. Degenen die profiteren van de positieve effecten zijn niet noodzakelijkerwijs dezelfde die bloot staan aan de negatieve effecten.

De mensen uit de klassieke oudheid waren zich heel goed bewust van dit motief om risico’s te verbergen, en pasten daar een heel eenvoudige, maar krachtige regel op toe. Volgens de Codex Hammurabi, een oud wetboek uit het antieke Mesopotamië, volgde de doodstraf voor de bouwer van een huis als door zijn toedoen het huis was ingestort en hij als gevolg hiervan de dood van de huiseigenaar op zijn geweten had. Dit eenvoudige uitgangspunt is de oorsprong van het ‘oog om oog, tand om tand’ en van de ethische norm, ‘behandel anderen zoals je wilt dat zij jou behandelen’. Maar afgezien van deze ethische dimensie was dit eenvoudigweg de beste risico beheersregel ooit.  Mensen uit de klassieke oudheid begrepen dat de bouwer altijd meer van de risico’s af weet dan de opdrachtgever en kwetsbaarheden kan verdoezelen of de winstgevendheid kan verbeteren door zich er gemakkijk van af te maken.  Je kunt alleen maar hopen dat er in 2013 iets zal worden gedaan om te zorgen dat mensen die zich met risico’s bezighouden zelf meer gevaar gaan lopen. Een veilige en rechtvaardige samenleving eist niets meer maar ook niets minder.
 

vrijdag 8 februari 2013

Frustrerende discussies

Beleggen? Dat is toch gewoon gokken, jongeman’. Ik word er regelmatig mee geconfronteerd! Frustrerende discussies zijn het. Recent werd er ook nog een onderzoek gepubliceerd waarin 40 procent van de ondervraagden aangaf dat beleggen niets anders is dan gokken, waarbij geluk volgens hen belangrijker is dan kunde.

Hoe moet je 'niet beleggers' er van overtuigen dat er een groot verschil is tussen naar het casino gaan en in een aandelenfonds stappen? Ik geef ronduit toe, ook beleggen is niet zonder risico! Er is altijd een kans dat het minder goed gaat dan gepland en net als in het casino is de beurs afhankelijk van ‘spelers aan de roulette tafel’ die maar blijven inzetten. Dat zijn de enige overeenkomsten. Het grote verschil is echter dat in het casino de kans dat je verlies maakt groter is dan de kans dat je winst maakt. Bij beleggen is dat precies andersom, er is namelijk sprake van een asymmetrisch risicoprofiel. De hoogte van het verlies heb je namelijk zelf in de hand en de opbrengst kan vele malen de ‘gecontroleerde’ verliezen vergoeden. Tenminste! Als je weet waar je mee bezig bent.

Het gaat fout als je niet over die kennis beschikt. Of je nou aan het beleggen bent, aan het pokeren of wat dan ook. Uit de boeken leer je niet hoe je moet beleggen, maar zal je dit uit de praktijk moeten leren door ‘trail en error’, wat grofweg vertaald naar het Nederlands zo ongeveer betekent als ‘gissen en missen’. In de wetenschap wordt ‘trail en error’ omschreven als de leer van het vinden, de wetenschap die langs methodische weg tot oplossingen leert komen. Het is een wijze om waarheden en regels te vinden op grond van eerder opgedane ervaringen evenals dat ze als zoekstrategie kan worden ingezet waardoor de zoekruimte drastisch wordt verkleind.

In de praktijk komt het neer op uitproberen en leren van fouten. Als een dier in een nieuwe situatie komt probeert het verschillende mogelijkheden uit. Wat werkt zal het dier onthouden en blijven uitvoeren, maar als het niet werkt zal het dier op zoek gaan naar een andere manier, net zo lang totdat het gewenste resultaat is bereikt.

Bij het ontwikkelen van medicijnen wordt traditioneel deze methode toegepast. Chemici ontwikkelen allerlei stoffen en proberen ze uit, totdat ze een wenselijk effect vinden. In de wiskunde wordt het gebruikt om formules op te lossen. Het is een langzamere, minder exacte methode dan algebra, maar het leidt ook tot een resultaat en is voor leken makkelijker te begrijpen.

Programmeurs van computerprogramma's gebruiken vaak ‘trail en error’ om fouten uit hun code te halen. Er worden dan allerlei situaties bedacht en uitgeprobeerd, en werkt het programma niet zoals gewenst, dan wordt het aangepast tot het werkt.

Een goede beleggingstrategie gaat ook uit van ‘trail en error’. De markt is een complex systeem, hier geldt  ‘trial en error’, waarbij steeds weer wordt teruggedraaid naar het evenwicht, maar daar kunnen lange perioden van onevenwichtigheden tussen zitten. Die afwijkingen en de convergenties vallen niet te voorspellen. Selectie op basis van momentum is zeer robuust, maar het is altijd afwachten welke aandelen gaan domineren. Voldoet het aandeel niet aan het gestelde criterium, ofwel stijgt het niet snel genoeg, dan hebben we te maken met een ‘error’ en gaan we op zoek naar een nieuw aandeel, of beter gezegd ‘trail’.

 

AM Trendstrategie update

Januari is een uitstekende maand gebleken voor Nederlandse aandelen. Vooral de prestatie van de Smallcap Index, voor de kleinere fondsen, was indrukwekkend met een koersstijging van 5,84%. In de eerste stadia van een nieuwe ‘bull move’ lopen ‘small cap’ aandelen in de meeste gevallen op de troepen vooruit, wetende dat dit soort aandelen sneller profiteren van een op handen zijnde groeifase. Of dat echt gaat gebeuren, is natuurlijk koffiedik kijken. Feit is wel dat in januari en vorige maand het rendement van ‘small caps’ ook al met kop en schouders boven de prestaties van de andere Nederlandse indices uitstak.

Op dit moment hoor ik u hardop denken: ‘waarom belegt de AM Trendstrategie dan niet meer in small caps? ’ Dat heeft te maken met het feit dat er te weinig liquiditeit in deze fondsen omgaat en daardoor niet worden opgenomen in het universum waarop de strategie wordt losgelaten. Denk bijvoorbeeld aan aandelen zoals Kardan (+84%), Xeikon(+64%), Pharming (+25%) en ICT (+24%), indrukwekkende koersstijgingen, maar op basis van een laag handelsvolume op dagbasis. Trekken we de vergelijking internationaal en wat langer, vanaf het begin van de huidige bull beweging, dan bivakkeert de AEX net onder in het linker rijtje qua prestatie en staan de andere Nederlandse graadmeters in het rechterrijtje.

Had ik maar…..Portugese , Japanse en Zwitserse aandelen gekocht. ‘Had ik maar’, waarschijnlijk de drie meest gebruikte woorden door beleggers. Helaas, de AM Trendstrategie wordt alleen toegepast op een bestand van Nederlandse aandelen, hoewel ik ervan overtuigd ben dat deze strategie ook goede prestaties zou neerzetten als het buitenlandse aandelen zou selecteren. Zeker iets voor in de toekomst om verder te ontwikkelen. De AM Strategie pas ik sinds 2007 overigens wel op een bestand beleggingsfondsen toe en ook dan zijn de prestaties naar behoren, maar minder dan als met individuele aandelen.
 


Het kan niet anders dan dat er weer substantieel geld richting de beleggingscategorie aandelen stroomt. Dit zien we ook terug in de prestatie van de AM Trendportefeuille die in januari met 6,32% in waarde steeg. Daarmee wil ik overigens niet suggereren dat februari ook een koersstijging in petto heeft. We volgen ‘slaafs’ het 200-daags voortschrijdende gemiddelde totdat deze een signaal geeft dat beleggen in aandelen niet meer interessant is. Voorafgaand aan dit verkoopsignaal zal een substantieel deel van de winsten die AM Trendstrategie heeft weten op te bouwen weer worden teruggeven. Met andere woorden, een goede prestatie zoals afgelopen maand is hard nodig ter compensatie van de onvermijdelijke verliezen. Wanneer dit gaat gebeuren? Ik zou het niet weten. Met voorspellen houd ik mij immers niet bezig.

Herbalanceren AM Trendportefeuille
De AM Trendportefeuille werkt met een gelijk gewogen portefeuille van 8 aandelen die zo nu en dan wordt gebalanceerd. Hiermee wordt het risico verminderd en het rendement een beetje verhoogd. De vraag is met welke frequentie je dat moet doen. Dagelijks, maandelijks, jaarlijks? In het laatste geval kan je portefeuille in twaalf maanden tijd flink uit het lood raken, maar bij dagelijkse of maandelijkse herweging heb je hoge transactiekosten. Vier keer per jaar is dan een mooie compromis. Je beperkt daarmee de transactiekosten, maar haalt wel een substantieel deel van de volatiliteit weg. De exercitie brengt €45,- aan extra transactiekosten met zich mee.

woensdag 16 januari 2013

Multi Asset Trendstrategie 2012

De Nederlandse aandelen- en obligatiemarkt sloten 2012 positief af. De Amsterdam All Share Index steeg de afgelopen 12 maanden per saldo met 8,22%. De best presterende Nederlandse index was de Midcap welke met 14,14% steeg. De index voor de hoofdfondsen (AEX) en de Smallcaps (ASCX) boekten respectievelijk 9,68% en 7% koerswinst.

De Allocatie Momentum Trendstrategie, het vlaggenschip binnen de Multi Asset Trendstrategie, belegt niet alleen in aandelen. Ook obligatiefondsen behoren tot het universum van de strategie. Het aankopen van obligatiebeleggingsfondsen gebeurt niet zo heel vaak. Alleen op het moment wanneer de aandelenbeurzen weer eens door hun hoeven zakken en obligaties als een veilige haven fungeren zal de AM Trendstrategie vanuit aandelen naar obligaties switchen. Sinds het begin van de eeuwwisseling is dit een profijtelijke strategie gebleken. Alleen in 2011 leed deze manier van werken een verlies op.
 
In figuur 1 staan de maandrendementen van zowel de Allocatie Momentum Trendstrategie ten opzichte van de Amsterdamse All Share Index in 2012. In blauw is aangegeven de periode waarin deze trendstrategie in een obligatiefonds heeft belegd en groen de periode waarin in aandelen wordt belegd.

 
 
Jan
Febr
Maart
April
Mei
Juni
Juli
Aug
Sept
Okt
Nov
Dec
 Jaar
AAX
2,08%
2,37%
-0,44%
-3,25%
-6,21%
5,40%
5,32%
0,21%
-1,21%
1,29%
1,23%
1,73%
8,22%
AM Trend
1,91%
1,58%
0,12%
0,45%
-0,08%
-0,09%
3,38%
1,92%
2,52%
5,58%
1,94%
1,21%
22,29%
 
Figuur 1.
 
 
 
 
 
 
 
 
 

In de blauwe periode, wanneer de AM Trendstrategie in obligaties belegt, valt op dat de strategie de grote verliezen van aandelen zoals in april en mei weet te vermijden doordat het allocatiefilter aangeeft dat het niet interessant is om in aandelen te beleggen. Het allocatiefilter gaf in juli aan, via een positieve draai van het trendfilter dat er opnieuw in aandelen kon worden belegd. De draai kwam nog net op tijd om te profiteren van de stijging van Nederlandse aandelen in juli.

De flinke ‘outperformance’ van de AM Trendstrategie in oktober ten opzichte van de AAX kwam tot stand doordat er een overnamebod op het aandeel TMC werd uitgebracht. Dit fonds zat al sinds juli 2012 in portefeuille, en leek er zelfs uit te vallen omdat de koersprestatie in vergelijking met andere Nederlandse aandelen achterbleef. Het bod resulteerde in een koerssprong van 23% en voegde daarmee in totaal 30% waarde toe aan de Allocatie Momentum Trendportefeuille. In tegenstelling tot 2011 waren er in 2012 geen grote negatieve uitslagen. Het grootste verlies in 2012 kwam op conto van het aandeel LBI dat in augustus tegen een -9,62% lagere werd verkocht.

He totaalrendement van de AM Trendstrategie, inclusief transactiekosten maar exclusief dividend, kwam in 2012 uit op 22,29%. Een mooi gegeven, maar tegelijkertijd weinig zeggend omdat een enkel jaar geen informatie geeft over de kwaliteit. Om hierover wel een uitspraak te kunnen doen moet men minimaal 3 tot 5 jaar aan gegevens hebben. Belangrijker is het om het proces te blijven verbeteren en vast te houden aan de beleggingsstijl. Hieronder overigens de prestaties van de AM Trendstrategie over de afgelopen 3 en 5 jaar.

Rendement* 5 jaar 3 jaarRisico** 5 jaar 3 jaar
AM Trend Portefeuille14,81%10,16% -21,43%-21,43%
Amsterdam All Share Index-7,59%0,51% -56,50%-15,63
* samengesteld** maximum draw down


Short Only Trendstrategie 2012
De tweede pijler binnen de Multi Asset Trendfilosofie, zijnde de Short Only Trendstrategie, leverde eveneens een positieve bijdrage aan het totaalrendement. Sinds juli 2012 is de allocatie van het werkkapitaal van 35% naar 15% teruggeschroefd, en zijn het aantal posities flink afgenomen. Zo kan het voorkomen dat er gedurende een aantal maanden achter elkaar geen posities worden ingenomen. Dit is niet erg, en ook wenselijk aangezien de winstkansen eerder bij het kopen van aandelen liggen.


Jan
Febr Maart April Mei Juni Juli Aug Sept Okt Nov Dec  Jaar
AAX
2,08% 2,37% -0,44% -3,25% -6,21% 5,40% 5,32% 0,21% -1,21% 1,29% 1,23% 1,73% 8,22%
SO Trend -1,84% 1,73% -0,56% 8,03% 6,50% 0,39% 0,16% 0,16% 0,16% 0,16% -0,88% 0,29% 14,75%
Figuur 2.

In figuur 2 staan de maandrendementen van zowel de SO Trendstrategie als de AAX in 2012. In blauw is aangegeven de periode waarin de allocatie 35% was en in groen de periode waarin ‘slechts’ 15% van het werkkapitaal aan de strategie is toegekend. Het rendement kwam vrijwel geheel in de eerste 6 maanden van 2012 tot stand, ofwel op het moment dat er sprake was van een neerwaartse trend in Nederlandse aandelen. Het totaalrendement van de SO Trendstrategie, inclusief transactiekosten,kwam in 2012 uit op 14,75%. Maar ook hier geldt dat een enkel jaar weinig zegt over de kwaliteit. Hieronder de prestaties van de SO Trendstrategie over de afgelopen 3 en 5 jaar.


Rendement*  5 jaar  3 jaar Risico**  5 jaar  3 jaar
SO Trend Portefeuille 30,27% 17,23%   -5,93% -4,36%
Amsterdam All Share Index -7,59% 0,51%   -61,80% -24,07%
* samengesteld ** maximum draw down
 

Commodity Trendstrategie 2012
De derde pijler binnen de Multi Asset Trendfilosofie betreft de trendstrategie op de CRB Total Return Index, een breed samengestelde mand van grondstoffen en edelmetalen. De trendstrategie tracht te profiteren van de middellangetermijn prijstrends. Op 4 april werd er voor het eerst richting alle abonneehouders een shortpositie gecommuniceerd die vervolgens gedurende de rest van het jaar werd aangehouden. De neerwaartse koersbeweging die al sinds september 2011 dominant aanwezig is, versnelde in april en mei, maar de index herstelde daarna net zo hard als dat deze was gedaald, om tenslotte min of meer stil te vallen. In 2012 leverde de Commodity Trendstrategie een verlies van
-2,25% .

CT Trendstrategie 2013
Hoewel de CT Trendstrategie een goed track record heeft opgebouwd in de loop der jaren, voegt de trendstrategie toch te weinig waarde toe aan de Multi Asset Trendstrategie. De rendementen (positieve en negatieve) correleren nauw met die van de Allocatie Momentum Strategie waardoor er geen extra diversificatie mogelijk is. Daarnaast presteert de AM Trendstrategie veel beter, en blijkt verder dat de mogelijkheden in Nederland om short te gaan in de CRB Total Return Index te beperkt zijn. Beleggen in grondstoffen en edelmetalen blijft in mijn optiek wel interessant maar moet er serieus gekeken worden naar een andere invulling, bijvoorbeeld in plaats van een brede index rechtstreeks beleggen in olie, goud, koper etc . Het komende kwartaal zal er zorgvuldig naar een alternatief gezocht gaan worden. Zolang deze niet voorhanden is/zijn blijft de CT Trendstrategie de signalen in de CRB Index opvolgen.

Multi Asset Trendstrategie 2012
De Multi Asset Trendstrategie is een dynamisch beheerde portefeuille op basis van de rendement-risicoprofielen van de afzonderlijke AM Trendstrategie, Short Only Trendstrategie en de Commodity Trendstrategie. Deze systematische werkwijze zorgt voor een flinke beperking van de risico's die gepaard gaan met beleggen in aandelen, obligaties en grondstoffen. Dit blijkt ook uit figuur 3 met daarin opgenomen de maandrendementen van zowel de MA Trendstrategie als de AAX in 2012.

 
Jan
Febr
Maart
April
Mei
Juni
Juli
Aug
Sept
Okt
Nov
Dec
2012
AAX
2,08%
2,37%
-0,44%
-3,25%
-6,21%
5,40%
5,32%
0,21%
-1,21%
1,29%
1,23%
1,73%
8,22%
MA Trend
0,39%
1,38%
-0,11%
3,09%
2,75%
-0,12%
2,46%
1,57%
2,04%
5,15%
1,38%
1,10%
23,08%
Figuur 3.

Dus spreiding op basis van de rendement-risicoprofielen van de afzonderlijke AM Trendstrategie, Short Only Trendstrategie en de Commodity Trendstrategie die actief zijn in Nederlandse aandelen, obligaties en de grondstofmarkten, in plaats van spreiding op basis volgens de klassieke asset allocatie theorie. De financiële crisis heeft immers aangetoond dat de traditionele wijze van diversifiëren heeft gefaald. In tijden van ernstige financiële onrust liepen de correlaties tussen aandelen, specifieke obligatieklassen, vastgoed en grondstoffen naar 100% op, met het gevolg dat de klassieke spreidingmethode niet werkte op het moment dat beleggers deze het hardst nodig hadden.